Whitepaper: De energie van werkend Nederland

De stemming op de werkvloer is niet positiever, maar negatiever dan ooit. Dit blijkt uit het onderzoek ‘De energie van werkend Nederland’ dat EnergyFinder in samenwerking met onderzoeksbureau Integron verricht onder 4.400 werknemers. Dit onderzoek wordt sinds 2013 jaarlijks uitgevoerd en richt zich op de mentale, emotionele en sociale energie van werknemers.

De voornaamste conclusies van het onderzoek, uit de editie 2017:

  • Slechts twintig procent heeft het op zijn werk echt naar de zin: deze groep is enthousiast bezig en bereikt samen met collega’s uitstekende resultaten.
  • 32 procent zit in de wachtstand en blijft doen wat ze altijd deden.
  • 38 procent  zegt verkrampt bezig te zijn met overleven.
  • Tien procent is helemaal afgehaakt en tot stilstand gekomen.
  • Vergeleken met 2016 bleef de hoeveelheid energie in organisaties min of meer gelijk. In kwalitatief opzicht is evenwel een belangrijke verschuiving zichtbaar: de negatieve gevoelens onder werknemers zijn fors gestegen. Er is sprake van een fors aantal ‘boze werknemers’: maar liefst 36 procent van alle werknemers (dat was vorig jaar nog 28 procent) .
  • Naast deze algemene tendens, zijn er forse verschillen als je kijkt naar branche, leeftijd en functieniveau:
    • Hoge percentages boze en gefrustreerde medewerkers zie je vooral terug in de ICT (47 procent), financiële dienstverlening (45 procent) en retail (40 procent). Hier staat tegenover dat de installatiebranche (49 procent) en zorg & welzijn (41 procent) hoge percentages ‘blije medewerkers’ kennen.
    • Hoge percentages boze medewerkers vinden we vooral terug in de leeftijdsgroepen 30-40 jaar (47 procent) en jonge medewerkers onder 30 jaar (46 procent). Blije medewerkers bevinden zich vooral in de leeftijdsgroep boven de 60 jaar (52 procent).
    • Boze werknemers behoren vaak tot het ondersteunend personeel (45 procent) en het uitvoerend personeel zonder klantcontact (40 procent). Blije werknemers zijn daarentegen vooral in de top van organisaties te vinden (43 procent).
    • Naast het feit dat werknemers aangeven vaker boos of gefrustreerd te zijn, is ook sprake van een brede negatieve onderstroom. Deze wordt zichtbaar wanneer de gegevens uit het energieonderzoek gekoppeld worden met actuele gegevens over medewerkerstevredenheid. Een voorbeeld: gaven werknemers die energiek zijn en goed in hun vel zitten een jaar geleden nog een 8,5 voor het toekomstperspectief van hun organisatie, in 2017 is dat cijfer gedaald naar 7,8.

Veiligheid en vertrouwen
Blijkbaar is een bloeiende economie niet voldoende om mensen energiek en positief aan de slag te laten gaan. Uit aanvullende interviews naar aanleiding van het onderzoek, blijkt dat de opbloeiende economie juist een negatieve werking heeft op het moreel van werkend Nederland. Een grote groep ondervraagde werknemers gaf aan weinig positiefs te merken van de huidige opleving. Integendeel, ze moeten harder werken, terwijl hun vrije ruimte om zelf keuzes te maken en zelf te bepalen hoe ze hun werk inrichten voortdurend wordt beperkt. Hun toekomstperspectief is pessimistisch want zekerheden over het voortbestaan van de baan (en de organisatie) zijn er niet. Geen wonder dat werknemers zeggen te snakken naar meer veiligheid en vertrouwen.

Download het whitepaper

Bron