Vloggende teamleider afvalinzameling: ‘Leidinggeven is een ambacht’

Mitchel Viljeer is teamleider inzameling bij Stadsbeheer van de gemeente Rotterdam. Hij is bekend geworden door zijn filmpjes en tv-optredens over zijn werk, onder meer over het sneeuwruimen tijdens een flinke sneeuwstorm in februari 2021. ‘Mijn eerste vraag aan sollicitanten is altijd: hou jij van Rotterdam?’

Je kunt het interview ook als podcast beluisteren.

Wat houdt jouw functie bij Stadsbeheer precies in?

“Inmiddels werk ik negen jaar bij Stadsbeheer, waar ik teamleider inzameling ben. Dat betekent dat ik leidinggeef aan de mannen en vrouwen die de huisvuilwagens besturen. Wij zijn dus verantwoordelijk voor de afvalinzameling in Rotterdam. Wij bestrijken best een groot gebied, van Hoek van Holland tot aan Beverwaard en alles wat daartussen ligt.”

“Als ik hen zie wegrijden zie ik de trots waarmee zij elke dag opnieuw inzetten voor alle Rotterdammers en een schone stad! Dat is wel heel erg mooi.”

Wat maakt jouw werk zo mooi?

“Het is een uitvoerende tak van sport die enorm zichtbaar is in Rotterdam met 650.000 inwoners. Als je in de ochtend of juist de late dienst opstart met z’n allen, zie ik bij velen een twinkeling in de ogen, dat is de passie voor het werk. Ik geef de chauffeurs hun werkpakket en de voertuigen worden gestart. Als ik hen zie wegrijden zie ik de trots waarmee zij elke dag opnieuw inzetten voor alle Rotterdammers en een schone stad! Dat is wel heel erg mooi.”

Hoe merk je dat?

“Mijn hart gaan sneller kloppen van het grote spul: evenementen en markten. Die vind ik fascinerend. Na een marktdag of evenement is alles binnen de kortste tijd weer opgeruimd, dan zie je die veegmachines en borstelwagens gaan, en de mannen en vrouwen met hun liefde voor het vak, dan krijg ik echt kippenvel. Maar ook: het dichtbij de burgers zijn, de integrale samenwerking. Dan ga je echt met de medewerkers de wijk in, en heb je gesprekken met Rotterdammers over wat er speelt op afvalgebied in hun wijk. Die problemen kun je dan samen uitwerken, dat geeft mij echt een bak energie.”

De energie spat er nu ook af bij jou. Ben je altijd zo geweest, en was je vanaf het begin zo enthousiast over je werk?

“Dat vragen mensen me wel vaker sinds ik een aantal filmpjes heb gemaakt over de passie voor mijn werk. Mijn tennislerares en de docenten van de basis- en middelbare school zagen die filmpjes ook, en hun reactie was: Mitchel, jij bent nog steeds die authentieke persoon die puur en recht vanuit zijn hart die twinkeling laat shinen. Mensen die mij niet kennen zeggen ook: je bent écht zo enthousiast. De Rotterdamse glimlach!”

Kon je op je werk ook meteen zo enthousiast zijn?

“Ik kom uit de bank- en verzekeringswereld en heb anderhalf jaar voor de marechaussee gewerkt. Daarna ben ik als flexkracht op de huisvuilwagens de kliko’s gaan legen in mijn eigen wijk. Toen voelde ik de passie op de werkvloer. Dan kom je op een uitvoeringslocatie, en weet je dat je samen de handen uit de mouwen gaan steken. Dat is de puurheid van Rotterdammers, niet lullen maar poetsen, recht voor z’n raap: daar houd ik van. Als er iets niet goed gaat, draaien we er niet omheen. Die positieve vibe is mijn drive.”

“Iedereen heeft een andere aanpak nodig en wil op een andere manier gehoord worden, dat besef heb ik wel.”

Hoe reageren collega’s op jouw enthousiasme?

“Ik word enorm enthousiast van dingen die ik leuk vind om te doen, waaronder werken. Dan loop ik te flaneren door de gangen, ga ik gesprekjes aan. De meesten gaan daar wel lekker op. Dan loop ik langs en hoor ik ‘hé Rotterdamse glimlach’, want zo noemen sommigen mij. Ik heb wel mensenkennis, ik let op houding en zie dat de mondhoeken omhooggaan als ze mij zien. Of ze zeggen ‘wat heb je ons weer lekker op de kaart gezet’. Ook van collega’s in andere delen van Nederland krijg ik die reacties. Als ik om zes uur ’s ochtends al loop te schreeuwen door die toko, dan zeggen sommigen wel dat ze nog even moeten opstarten met een bakje koffie. Na negen jaar leer je echt wel je mensen kennen, en weet je op welke knoppen je moet drukken. Natuurlijk word ik enthousiast, maar soms moet ik even pas op de plaats maken. Iedereen heeft een andere aanpak nodig en wil op een andere manier gehoord worden, dat besef heb ik wel.”

Als we kijken naar de eerste pijler van werkgeluk, namelijk zingeving. Wat drijft jullie hier elke dag om met elkaar het werk te doen dat jullie doen?

“Allereerst is dat de stad Rotterdam. Veel collega’s zijn Rotterdams en willen dienstbaar zijn aan de stad. De gemeente is groot en er kan ontzettend veel, qua innovatie en circulariteit. We hebben een mix van jong en oud met verschillende kwaliteiten. Dat zorgt voor een teamverband en het gevoel dat wij ertoe doen voor de stad. In onze bedrijfskleding met het logo van de gemeente Rotterdam, daar mogen wij voor werken. In alle lagen van de organisatie merk je een enorm grote betrokkenheid.”

Wat doen jullie om het gezamenlijke gevoel van hoe mooi jullie werk is te verstevigen?

“Wij hebben verschillende uitvoerende afdelingen. Door samen te werken in een bepaalde wijk, creëer je saamhorigheid. Omdat collega’s hun werk elke dag in een bepaald gebied met elkaar uitvoeren, voel je hoe groot de liefde voor hun vak is. Ik maak ook onderdeel uit van sollicitatiegesprekken. Onze eerste vraag is altijd: hou jij van Rotterdam? Daar worden wij vaak door getriggerd, wat is voor iemand de reden om uit zijn bed te komen. Als je dat gevoel merkt, vragen we nieuwe chauffeurs om een week mee te lopen en zien we of ze bij de cultuur passen. Collega’s willen hun passie delen met nieuwe medewerkers. Nieuwe medewerkers zijn vaak jonge mensen die in de digitale wereld zitten. Als je hun inzichten kunt samenbrengen met de oude garde, dat is mooi om te ervaren. Na een week komen ze terug op gesprek, en als ik dan hun lach en houding zie, weet ik genoeg. Dat is fantastisch.”

Het tweede onderdeel van werkgeluk is voldoening: doe je waar je goed in bent, haal je resultaten en krijg je waardering van collega’s en leidinggevenden? Hoe ga jij daarmee om?

“Natuurlijk hebben ook wij soms te maken met nieuw beleid en zijn er verschillende lagen in de organisatie. Maar als er een dilemma of probleem is, pakken we dat met elkaar op. Management en uitvoering trekken dan naar elkaar toe. Ik speel daar als leidinggevende een faciliterende rol in. De gemeente Rotterdam is een heel fijne werkgever waar ontzettend veel kan en mag. En het mooiste is: je mag jezelf zijn, je mag jezelf uiten. Het is een veilige werkomgeving. Diversiteit en inclusie vind ik heel belangrijk. Ik wil medewerkers het gevoel geven dat ze hun ideeën naar voren mogen brengen, en ook al zijn anderen het er niet mee eens, je mening wordt altijd geaccepteerd en gehoord.”

Kunnen medewerkers zichzelf bij jullie ontwikkelen en een volgende stap maken?

“Zeker. Maar ik merk dat collega’s in de uitvoering, zeker de oudere garde, op hun plek blijven en het wel goed vinden. Er vindt vergrijzing plaats, maar we hebben ook nieuwe jonge medewerkers mogen opleiden, bijvoorbeeld als chauffeur inzameling. Je merkt dat zij graag op snuffelstage gaan bij andere afdelingen. Dat komt ook door onze integrale samenwerking: ze horen en zien wat andere collega’s doen, en worden daardoor getriggerd. En het mooie is: de organisatie geeft die ruimte. We zijn dus niet bang dat we dan een chauffeurstekort krijgen, maar denken vanuit de medewerker en waar die het gelukkigst van wordt. Want daar plukt de organisatie uiteindelijk de vruchten van.”

De derde pijler van werkgeluk is plezier en verbinding. Wat doe je bewust om plezier en verbinding te stimuleren en structureel te maken?

“Ik vind het belangrijk om waardering naar medewerkers uit te spreken. Dat kan al met een schouderklopje of door te zeggen ‘lekker gewerkt vandaag’. Dat zijn kleine gebaren, maar voor de ander zijn die groots. Dan zie je die glundering. Ik heb weleens een filmpje gemaakt voor een medewerker die een vaste aanstelling kreeg. Je kunt dan een brief sturen, maar wij hebben met de collega’s van de uitvoering iets anders bedacht. Wij hebben hem naar een mooie plek in Rotterdam gebracht, met de Erasmusbrug op de achtergrond, zogenaamd om grofvuil op te halen. Wij stonden om de hoek. Hij belde dat er niks lag. Toen reden wij met een colonne van voertuigen naar hem toe, ik stond op de treeplank achterop de vuilniswagen met een bosje bloemen, een hoop getoeter. Dat geeft iemand het gevoel dat hij bij onze club hoort. Die details zijn van enorm grote waarde.”

Vaste aanstelling

Het leuke is: jij bedenkt het niet alleen, de collega’s zijn er ook allemaal bij.

“Klopt, want mijn missie is om interactie te hebben. Als ik in de kantine roep dat ik ergens een filmpje over wil maken, of iemand anders heeft een idee, dan kleeft het echt. Die collega die een vaste aanstelling kreeg, werd in de supermarkt aangesproken: wat een topper, wat leuk.”

Hoe jij hem toespreekt, en zegt dat de stad hem waardeert en dat je hem veel werkplezier gunt, is ook heel belangrijk.

“Dat vinden wij enorm belangrijk. Daarom besteden wij aandacht aan de hoogtepunten van je carrière, als je 12,5 jaar in dienst bent, maar sturen we ook een kaartje voor een verjaardag. Daarmee kun je echt het verschil maken. We krijgen weleens de vraag: je moet toch de stad schoonmaken, hoe kun je dan met al die wagens op één plek zijn? Maar wij hebben dat gewoon in de pauze gedaan. Je ziet dat de betrokkenheid en liefde voor elkaar heel groot is.”

Als organisatie kun je randvoorwaarden creëren om werkgeluk te bevorderen. Een van die dingen is de reis van de medewerker, als ze solliciteren, een vast contract krijgen of weggaan, wat doe je dan als organisatie. Jij hebt al veel dingen gedaan op dat gebied. Waarom vind jij dat belangrijk?

“Ik wil het gezicht achter een functie laten zien. Het zijn uitvoerende taken die voor je voordeur gebeuren. Maar veel Rotterdammers beseffen niet wat er precies gebeurt in de uitvoering. Een gezicht tonen doet je beseffen dat als jij je afvalzak naast de container zet, Piet die zak in de wagen moet smijten. Dat zorgt voor empathie.”

Joop gaat met pensioen

Welke reacties krijg je van medewerkers als aan die bijzondere momenten extra aandacht besteedt?

“De collega die een vast contract kreeg, kwam de volgende dag weer naar kantoor. Hij had het thuis verteld aan de keukentafel en het filmpje op internet laten zien. Zijn vrouw, dochter en zoon hadden het bekeken en zeiden: voor zo’n leidinggevende wil ik ook wel werken. Werkgeluk is zo belangrijk. Ook in coronatijd kwam dat naar voren: wij hebben een vitaal beroep en zijn dag in dag uit aan het werk geweest, en er was veel meer afval dan normaal. De hogere segmenten van de organisatie, zoals een wethouder of een manager, kwamen even bij ons buurten. Wij kregen een persoonlijk geschreven kaartje thuis en elke week een bak fruit. Dat doet een mens goed.”

Merk je dat je positiviteit besmettelijk is of dat er veel mensen bij jullie willen werken?

“Het is lastig om mensen binnen te halen. Er zijn veel functies, het aanbod is enorm. Dan moet je jezelf kunnen onderscheiden. Een van mijn missies is zichtbaarheid, dus tonen wat wij doen. Dat zal eraan bijdragen dat iemand denkt: wat leuk om voor de gemeente te werken. Het is geen reclame, maar een persoonlijke uiting van een medewerker die laat zien welke functies wij vervullen en wat een gemeente doet.

“Als leidinggevende is het belangrijk om een veilige werkomgeving te creëren en buiten je comfortzone te treden.”

Heb je tips voor andere leidinggevenden die dit inspirerend vinden? Wat zouden zij kunnen doen om een positieve sfeer te creëren?

“Maak het klein. We werken voor een grote stad, maar pel dat af. En maak het persoonlijk: vraag aan medewerkers hoe het met ze gaat. Dan weet je wat er speelt. Details, daar draait het om. Zo bouw je een team en ga je die klus klaren. Als leidinggevende is het belangrijk om een veilige werkomgeving te creëren en buiten je comfortzone te treden. Ga na wat je kwaliteiten en valkuilen zijn en kijk wat een leidinggevende moet kunnen en uitdragen. Leidinggeven is een ambacht en kun je leren. Als je buiten je comfortzone kunt treden, kun je je aanpassen aan hoe een medewerker benaderd wil worden. Dus misschien niet met veel energie en publiekelijk, maar onder vier ogen met een bak koffie erbij. En over koffie gesproken: schuif aan bij het koffiemoment, want daar ontstaan de informele gesprekken.”